Borstelbedrijf Decof krijgt eindelijk groen licht om uit te breiden

Stad en zaakvoerders bekijken mogelijkheden op bestaand terrein

IZEGEM - De hemel boven borstelfabriek Decof langs de Noordkaai klaart eindelijk op. De provincie zet het licht op groen voor de uitbreiding van het bedrijf. “En dat is hoognodig”, zeggen zaakvoerders Dominique en David Decoopman.

Decof is als producent van Falcon Brush een van de laatste borstelfabrieken in Izegem. De zaakvoerders zien de toekomst weer positief in nu de provincie zich niet langer verzet tegen een vernieuwing van de bedrijfsgebouwen. Want ondanks de inspanningen van het stadsbestuur

om de site langs de Noordkaai te herwaarderen, ging de deputatie eind vorig jaar in beroep. Er werd aangedrongen op een verhuis omdat Decof in overstromingsgevoelig gebied ligt. In september gaf de gemeenteraad opnieuw een gunstig advies en beroep hiertegen bleef nu uit.

Plaatsgebrek

“Daarmee staat het licht eindelijk op groen voor het bedrijf om de gebouwen te vernieuwen”, zegt schepen van Ruimtelijke Ordening Caroline Maertens (N-VA). “Op korte termijn kan een bouwaanvraag ingediend worden”, aldus de schepen.

Decof droomt er al jaren van de beide gebouwen te verbinden. “Dit zal een eerste stap zijn om de workflow op punt te zetten. Nu is het behelpen. Afgewerkte producten moeten we noodgedwongen tussen de voorraadrekken stapelen, terwijl we die eigenlijk ook constant nodig hebben. Dat brengt een hoop onnodig werk met zich mee”, zegt Dominique Decoopman. “We waren ook verplicht om een gloednieuwe machine zo dicht bij de bestaande te zetten, dat het personeel tegen elkaar opbotst. Ook voor hen zou een uitbreiding een grote verbetering zijn.”

Dak lekt

“De site hier is historisch gegroeid”, zegt David Decoopman. “Jaren geleden huisde hier een textielbedrijf, tot onze voorvaderen de gebouwen kochten om er een borstelfabriek in onder te brengen.”

Decof, dat zich onder meer specialiseert in borstels voor hygiënische toepassingen, is één van de drie nog resterende borstelfabrieken in de stad. “Het zou jammer geweest zijn, mochten we hier weg moeten. We wilden bewust in borstelstad Izegem blijven. Maar de investeringen stonden 'on hold'. Een lek dak durfden we niet vervangen, want niemand kon ons garanderen dat die investering niet tevergeefs geweest zou zijn.”

Maar nu is er dus zekerheid. “Wij zijn de vierde generatie die hier aan de slag is en het zal dus ook niet de laatste zijn”, aldus de zaakvoerders.

Bron: Frank Meurisse, Het Nieuwsblad/Regionaal: Roeselare-Tielt-Izegem, 28.10.2016, p. 4; cf. nieuwsblad.be